Nee, hij gelooft niet meer in God, vertelt hij me. Maar de christelijke normen en waarden draagt hij zeker een warm hart toe. Die geeft hij ook door aan zijn kinderen. Naastenliefde, trouw, betrouwbaarheid.
Waarom zou je God vaarwel zeggen, vraag ik me later af, terwijl je wél de waarde van Zijn principes inziet? Waarom keer je de Bedenker van deze waarden de rug toe? Ik zou het hem eigenlijk nog graag willen vragen.
Zouden de waarden die God uitgedacht heeft niet op een volmaakte manier in Zijn karakter en handelen tot uitdrukking komen? Dat kan toch bijna niet anders? Ik zou hem willen uitdagen dat toch nog eens te onderzoeken.
Als ik de Bijbel aandachtig lees, raak ik er van onder de indruk.
Ik lees dat God uit liefde tot mensen die Hem verlaten hebben, Zijn eigen Zoon Jezus zendt naar de aarde. Johannes 3: 16 Om mensen te redden van hun eeuwige ondergang, geeft Hij Hem tot een offer in hun plaats. Johannes 1: 29 Ik lees dat Jezus, terwijl lange spijkers door Zijn handen geslagen worden en Zijn kruis langzaam omhoog getrokken wordt, bidt voor degenen die Hem dit alles aandoen. Niet om wraak, of vergelding bidt Hij. ‘Vader, vergeef het hun, want zij weten niet wat zij doen’, is wat Hij vraagt. Lukas 23: 34 Is dat niet 100% naastenliefde in de praktijk?
Ik word er stil van als ik het eindeloze geduld van God proef met Zijn volk Israël. Dit volk trapt Hem zo vaak op het hart. Toch blijft Hij voor hen zorgen. Veertig jaar lang laat Hij manna uit de hemel regenen om hen te voeden. Deuteronomium 8: 16 Hij stopt er niet mee, zelfs niet als zij er inmiddels van walgen. Hij blijft trouw aan Zijn keuze voor dit volk. Heel het Oude Testament is eigenlijk één groot getuigenis van Gods trouw aan Zijn ontrouwe volk.
Hoe trouw is God überhaupt aan deze wereld. Aan ons mensen, die zich massaal van Hem afkeren. Geeft Hij ons niet de zegenrijke afwisseling van zon en regen? De jaarlijkse terugkerende cyclus van lente, zomer, herfst en winter? God blijft trouw aan Zijn eeuwenoude eed aan Noach. ‘Voortaan’, heeft Hij beloofd, ‘zullen zaaiing en oogst, koude en hitte, zomer en winter, dag en nacht niet ophouden.’ Genesis 8: 22
Als er iemand is op wie je aan kunt, dan is het wel op God. God is geen man dat Hij liegen zou, of net als een mens, dat Hij spijt krijgt van wat Hij gezegd heeft; zou Hij iets zeggen en het niet doen, of spreken en niet gestand doen? Numeri 23: 19 Het is een open vraag. Maar, juist bij het lezen van de Bijbel wordt het je steeds meer duidelijk dat God inderdaad de Betrouwbare is. Het is de prachtige naam waarmee Hij Zichzelf bekend maakt. Jahweh: ‘Ik ben, Die Ik ben. Ik zal zijn, Die Ik zijn zal.’ Exodus 3: 14
Als je tot de ontdekking komt op welke magistrale wijze God de personificatie is van de christelijke normen en waarden, dan kan het toch bijna niet anders of je gaat voor Hem door de knieën?
Deze goede God zeg je toch niet vaarwel?